Stichting Oer-IJ bepleit dat bij gebiedsontwikkeling meer gebruik wordt gemaakt van de oorspronkelijke landschapselementen. Het was ook een van de aanbevelingen in het Kennisdocument Cultuurhistorie van dit burgerinitiatief. Samen met de erfgoedvereniging Bond Heemschut en de gemeente Heiloo heeft een groep van 25 ambtenaren tijdens een inspiratiesessie onderzocht hoe dat in praktijk kan worden toegepast. De resultaten van die workshop zijn donderdag 9 november overhandigd aan wethouders Rob Obdam en Antoine Tromp.
Eerder, bij de presentatie van het Kennisdocument Cultuurhistorie aan het college van B. en W. , ontstond al het idee eens in praktijk na te gaan wat de praktische mogelijkheden van zo’n aanpak zijn. Afgesproken werd toen met ambtenaren van de BUCH te testen hoe bij nieuwbouwplannen het uitpakt.
Het project Zandzoom, een woningbouwontwikkeling van ca 1100 woningen werd als testcase gebruikt. Er werden twee gebieden uitgelicht; enerzijds de westzijde met de overgang van bebouwing naar het krekenlandschap van het Oer-IJ en anderzijds de zuidzijde met als doel een groene overgangszone tussen Heiloo en Limmen te realiseren.
Tijdens de inspiratiesessie werden veel schetsen gemaakt en uitgangspunten geformuleerd een andere opzet bij de planvorming. De resultaten van de workshop zijn in een notitie samengevat en donderdag door Jacques Warmerdam van de stichting Oer-IJ aan de wethouders Rob Obdam en Antoine Tromp gepresenteerd. Jacques Warmerdam, die namens Stichting Oer-IJ de bijeenkomst organiseerde, is enthousiast over het resultaat van de sessie met de ambtenaren. Hij hoopt dat de bevindingen en aanbevelingen in de verdere ontwikkeling van het gebied een rol van betekenis gaan spelen.
Op de foto overhandigt Stichting Oer-IJ voorzitter Mees Hartvelt aan de wethouders Rob Opdam en Antoine Tromp een Inspiratiedocument met aanbevelingen voor gebiedsontwikkeling waarbij meer rekening wordt gehouden met het oorspronkelijke landschap.