Er valt met agrariërs best te praten over de vorming van een aaneengesloten natuurgebied tussen de duinen en het Die-gebied, zoals Landschap Noord-Holland dat graag zou zien. Maar dan moet er voor de agrarische sector wel ergens enig voordeel in zitten. Dat stelt Mart Brouwer de Koning, voorzitter van LTO Noord, de organisatie van de land- en tuinbouw in een interview met verslaggever Henk-Jan den Ouden van het Noord-Hollands Dagblad.
Landschap Noord-Holland droomt van een verbinding via het gebied van de Schulpvaart, ten noorden van Castricum en langs de zuidkant van Limmen. De agrariërs in dat gebied willen daar echter geen medewerking aan verlenen, zegt Brouwer de Koning. ,,Dat ligt moeilijk. Zo’n verbinding zou percelen versnipperen, bedrijven zouden er weg moeten. Het zijn bedrijven met ambities, boeren die opvolgers hebben, die willen daar niet weg.’’ Integendeel, veel agrariërs zoeken op dit moment juist uitbreiding van hun percelen, aldus Brouwer de Koning. ,,Niet eens omdat ze meer koeien willen hebben, maar vanwege de stikstofregels heb je per koe meer grond nodig.’’
Er is veelvuldig overleg geweest, zegt Brouwer de Koning. ,,Er is een vijftal sessies geweest met alle betrokkenen; het hoogheemraadschap, de provincie, de gemeente Castricum, PWN en natuurlijk de agrariërs. Het was zoeken naar mogelijkheden. Maar als landbouwers moesten we alleen maar inleveren, het was een eenzijdig proces. Als je iets wilt, moet je zorgen dat er voor alle partijen winst te behalen is.’’ Dat bleek niet mogelijk. Brouwer de Koning: ,,Dat is bijna twee jaar geleden. Sindsdien is het stil, en daar zijn wij niet ontevreden mee.’’
Het schuiven met gronden is een lastig proces. Agrariërs zijn niet gebaat bij versnippering. ,,Als er kleine stukken als natuur worden aangewezen, beperkt dat de boeren in hun ontwikkeling’’, aldus Brouwer de Koning. Grondruil wordt dan namelijk lastiger, omdat een stuk dat eenmaal is omgezet naar natuur niet zo snel meer is terug te zetten naar landbouwgrond. Bovendien: ,,Natuurbeheerders hebben belang bij een hoog waterpeil in het gebied. Agrariërs willen het liefst laag water. Wij zeggen altijd: ‘peil volgt functie’, en niet andersom.’’
Het is voor een boer niet mogelijk om meer dan 20 procent van zijn grond als natuur te beheren, zegt Brouwer de Koning. ,,Met meer kun je niet uit de voeten. Het gras bevat te weinig eiwitten. Dan heb je te weinig voer, vooral voor je jongvee.’’
Het merkwaardige is, dat beide kampen dus eigenlijk hetzelfde willen: grote aaneengesloten stukken, met elk hun eigen favoriete waterpeil. Maar van een grootscheepse grondruil komt het dus niet. ,,Landschap Noord-Holland wil niet betalen voor de gronden heb ik gelezen. Dan denk ik dat ze hun areaal niet meer zullen gaan vergroten. De overheid mag gronden niet meer om niet doorschuiven. Alles moet in het openbaar gebeuren, verkocht via inschrijving.’’
Zo is er twee weken geleden nog een groot perceel 16,5 hectare geveild. Dat gebied ligt in de beschermde zone van Natuurnetwerk Nederland. ,,Dat is grond met een agrarische bestemming’’, zegt Brouwer de Koning. ,,Het is verkocht aan een particulier die er een natuurgebied van gaat maken. Daar zijn richtlijnen voor, maar die zijn minder streng dan die van Landschap Noord-Holland. De koper is niet gedwongen zich aan de extra regels van LNH te houden. Omdat agrarische grond wordt omgezet in natuur, kan het dienen als compensatie voor de aanleg van de aansluiting op de A9.’’
Vooralsnog ligt de aanleg echter stil vanwege de stikstofproblematiek. Daar willen de agrariërs ook nog wel iets over kwijt. ,,Er zijn beschermde Natura-2000 gebieden aangewezen die midden in agrarisch stikstof-gebied liggen, Dat is vragen om problemen.’’
(Bron: NHD)