Gemeenten krijgen meer vrijheid om woningen te bouwen in het landelijk gebied van Noord-Holland, Als het aan gedeputeerde wonen Jelle Beemsterboer (BBB) ligt, gaat dat in op 1 januari 2025.
,,De besluitvorming moet nog komen natuurlijk, maar ik verwacht dat we echt wel naar een situatie gaan, waarin bouwen in het landelijk gebied niet meer overal door de provincie getoetst hoeft te worden. Dus dat gemeenten zelf kunnen afwegen waar ze hun kern, dorp of stad gaan uitbreiden. Dat is ook logisch, want waarom zouden 2,7 miljoen inwoners van Noord-Holland zich willen bemoeien met het bouwen van vijftig woningen bij, pak ’m beet, Enkhuizen?’’
De gedeputeerde doet zijn uitspraken in een interview met het Noordhollands Dagblad.
Hij roept vooruitlopend op die datum gemeenten, corporaties en bouwers op, zich al op die grotere vrijheid voor te bereiden. ,,Bij twijfels of een plan straks kan doorgaan, kunnen ze nu alvast contact met de provincie opnemen. Dan kijken we waar we verwachten dat ruimte ontstaat, zodat we dat jaar tijd niet verliezen bij het daadwerkelijk bouwen van woningen.’’
Al zit hij pas drie maanden op zijn stoel in het college van Gedeputeerde Staten, Beemsterboer is zich sterk bewust van de zorg die bij gemeenten leeft over of de door hogere overheden gewenste versnelling van de woningbouw kan worden verwezenlijkt. ,,Al die raadsleden en wethouders worden aangesproken door inwoners van hun gemeenten die zich afvragen of hun kinderen ooit nog van die zolderkamers afkomen’’, zegt Beemsterboer.
Een lichtpuntje voor die gemeenten staat al in het akkoord dat de partijen in het nieuwe college van Gedeputeerde Staten - BBB, VVD, GroenLinks en PvdA - beklonken na de coalitieonderhandelingen van dit jaar. Bouwen aan de randen van dorpen en kernen moet de ruimte krijgen om de leefbaarheid en het voorzieningenniveau te versterken. De uitbreidingen moeten wel passen bij de identiteit en omvang van de gemeente en inspelen op de regionale woonbehoefte.
Beemsterboer voelt dat het besef dat er woningnood is, in Provinciale Staten breed wordt gedeeld. ,,Jonge mensen moeten te lang op een woning wachten en mensen kunnen na echtscheiding geen kant op. Er is een soort schijndakloosheid, dat mensen bij vrienden en kennissen op de bank slapen of ergens in een caravan achter op het erf. De ernst van de situatie neemt alleen maar toe.’’
Noord-Holland heeft de taak om de woningbouwproductie te verdubbelen, opdat er 184.000 woningen bij zijn gekomen tot en met 2030. Dat zijn er gemiddeld 23.000 per jaar waarvoor de 44 gemeenten in Noord-Holland plek moeten zoeken. De meeste woningen zullen binnenstedelijk worden gebouwd, maar ook aan de randen van kernen en dorpen. Vorige week stelde het Economisch Instituut voor de Bouw de ’kruimelregel’ voor, die bepaalt dat gemeenten eigenstandig kunnen beslissen over uitbreidingsplannen van maximaal vijftig woningen langs bebouwingsranden. Het EIB deed dat in een studie, verricht in opdracht van demissionair minister van Volkshuisvesting Hugo de Jonge.
,,Ik zie het als een compliment dat het EIB uitdeelde aan onze coalitie. Dit is precies waar ik naartoe wil. Gemeenten zouden meer ruimte moeten krijgen, als ze dan maar niet in gebieden met grote provinciale belangen gaan zitten.’’ Zoals die gelden in ’bijzondere provinciale landschappen’. In zo’n BPL mogen geen woningen worden gebouwd. Beemsterboer wil wel bekijken waar woningbouwplannen die in zo’n BPL ’op slot zijn gezet’ toch uitgevoerd zouden kunnen worden. ,,Dat betekent ontgrenzen en opnieuw begrenzen, dus verplaatsen van het BPL.’’
In een brief aan alle Noord-Hollandse gemeentebesturen kondigde Beemsterboer vorige week aan ’graag binnenkort langs te komen in de regionale woonoverleggen’. ,,Daar heb ik veel positieve reacties op gekregen. Had ik ook wel verwacht. Soms leeft bij gemeenten de gedachte dat de provincie alles tegenhoudt. Maar wij hebben juist een aanjagende rol, dat wordt van ons verwacht en het rijksbeleid zet ons daar op in. Ik bespreek graag met de gemeenten, wat we op dat gebied kunnen betekenen.’’
Naast versoepelen van de regels ten aanzien van bouwen in het landelijk gebied, heeft hij ook nog ambtelijke ondersteuning, bouwambassadeurs en kernteams versnelling voor hen in petto. Evenals extra geld. Om bijvoorbeeld projecten die nét niet rendabel zijn of afketsen op de onmogelijkheid bij gemeenten een oude fabriek of andere woningbouwlocatie te kopen, financieel een zetje te geven.
Beemsterboer wil niet direct met geld strooien. ,,Om te voorkomen dat je later ontdekt dat je een project door had kunnen laten gaan, maar je het geld net al hebt uitgegeven aan een project dat toch wel van de grond zou komen. Je wilt altijd raak schieten. Ik zit hier nu drie maanden, dus voorlopig ga ik ervan uit dat alle ballen raak zijn.’’
(Bron Noordhollands Dagblad)