De terugloop van weidevogels zoals die zich ook in het Oer-IJ gebied voor doet, is te stoppen door de veenweidegebieden anders te gaan beheren zegt Jan Kuijs.
,,Favoriete verblijfplaatsen zijn niet-egale graslanden waar weinig bemest wordt, de waterstand hoog is en waar zich Oer-IJ achtige kreken bevinden. Dit is een perfecte habitat voor deze vogel. Je komt ze steeds minder tegen. Er zijn op dit moment nog maar vijf boeren in de Castricummerpolder. Voor de ruilverkaveling in 1986 waren het er nog dertig. Piet Glorie was een van hen. Hij boerde nog op traditionele wijze. Zijn percelen grond waren niet geëgaliseerd en bestonden uit hogere stukjes grond, afgewisseld met natte akkertjes en greppels en hier en daar wat Oer-IJ achtige kreken. Weidevogelland bij uitstek.’’
Klik hier voor het hele artikel in de Castricummer