In de Canon van Nederland is het volgende over het Oer-IJ opgenomen:
(…) Al aan het einde van de laatste ijstijd sloegen jagers-verzamelaars in wat we nu Kennemerland noemen hun tijdelijke kampementen op. De Noordzee was in die periode, ruim 10.000 jaar geleden, nog een koude, droge laagvlakte, bevolkt door mammoeten en andere prehistorisch wild. Toen het klimaat warmer werd en de ijsmassa’s op het noordelijkste deel van het halfrond begonnen te smelten, steeg de zeespiegel en ontstond geleidelijk de Noordzee. In de paar duizend jaar erna kreeg het tegenwoordige Hollandse kustgebied vorm. In een samenspel van wind en water vormde zich een uitgestrekt gebied van kwelders en kreken.
Zo’n 5000 jaar voor het begin van onze jaartelling veranderden de stromingen in de Noordzee, waardoor meer zand werd aangevoerd. Evenwijdig aan de kust ontstonden als verschillende naast elkaar gelegen gordels rijen lage duinen, de strandwallen. Een gesloten kustlijn vormden deze zandruggen nog niet. Door een zeegat bij Bergen stroomde het water het achterland in. De strandwallen waren samen met de hoger gelegen oevers van oude kreken de eerste plaatsen in West-Nederland waar permanente bewoning mogelijk werd. Prehistorische bewoners bouwden hier, hoog en droog, hun eerste nederzettingen. Zij leefden van eenvoudige landbouw en veeteelt, aangevuld met wat de jacht en de visvangst opleverden. Op de strandwallen lagen ook hun akkers, later ‘geesten’ genoemd, een woord dat voort bestaat in plaatsnamen als Uitgeest en Dorregeest. De lage strandvlakten en vochtige duinvalleien tussen de strandwallen kwamen goed van pas als hooi- en weiland.
(tot zover de Canon van Nederland)
Het ontstaan van het landschap is bepalend geweest voor de bewoningsgeschiedenis. Met name de strandwallen dicteerden het gebruik en de inrichting. Kastelen, buitenplaatsen en boerderijen liggen niet toevallig aan de randen van hoge en droge gebieden. Wegen, dijken en lintbebouwing zijn tastbare herinneringen aan dat verleden. De bodem zit hier nog vol met fascinerende informatie en verhalen over de vroege geschiedenis van de provincie en over de cultuur van de mensen die er woonden. Het Oer-IJ gebied is daarmee een schatkamer aan informatie over de landschapsvorming, cultuurhistorie en archeologie vanaf 2800 BC tot heden. De verschillende ontwikkelingsfasen liggen letterlijk als verschillende lagen over elkaar heen.
Het landschap is om meerdere redenen bijzonder. Met de kust, het binnenduingebied, de geestgronden, het krekenstelsel van het Oer-IJ, veenweides en polders vlak naast elkaar. Vandaag de dag maakt het gebied onderdeel uit van de Metropoolregio Amsterdam. Een omgeving met een grote ruimtelijke dynamiek: hier vinden we het Noordzeekanaal met havenactiviteiten en bedrijventerreinen, stedelijke ontwikkeling. Denk daarbij aan recente uitbreidingen als Saendelft en de Broekpolder, uitbreiding van de infrastructuur, met mogelijk het doortrekken van de A8 tot aan de A9.
De landbouw ontwikkelt zich in dit gebied en klimaatverandering vraagt om aanpassingen in het waterbeheer en meer ruimte voor water. Ook de behoefte aan ruimte voor verantwoorde recreatie en natuurbeleving vragen om aandacht. Het burgerinitiatief van de Stichting Oer-IJ wil dat met ruimtelijke ontwikkelingen meer rekening wordt gehouden met de unieke landschappelijke kenmerken en bodemschatten.
Daarbij komt dat het Oer-IJ gebied op dit moment een grote betekenis heeft als groene wig in een verstedelijkt gebied, met een sterke culturele en landschappelijke identiteit. Het verbindt de Metropoolregio Amsterdam met de kust. Tegelijkertijd vormt het gebied een belangrijke schakel tussen Nationaal Landschap Laag-Holland en het duinlandschap van Kennemerland. Vanwege de kwetsbaarheid van de archeologische monumenten en het landschap voor oprukkende verstedelijking, natuurontwikkeling, waterhuishoudkundige projecten en ontwikkelingen in de landbouw, is er grote behoefte aan een consistent beleid voor dit gebied.
Daarbij gaat het om behoud én ontwikkeling, om heden, verleden en toekomst en ook om de betrokkenheid van de mensen die er wonen en werken. De passie bij velen voor het Oer-IJ is waar we op voort kunnen bouwen. We kiezen er voor om het natuurlandschap Oer-IJ niet al te letterlijk te begrenzen. Het Oer-IJ is immers niet los te zien van de aangrenzende landschappen en van de steden en dorpen die er omheen liggen. Het draagvlak voor het Oer-IJ initiatief moet bovendien niet alleen komen van de inwoners, maar zeker ook van de vele omwonenden!
Kijk voor meer specifieke informatie verder op deze site.