Terug naar het overzicht

Oorlog en vrede:

inval en strijd van 1799
Gerard Alders
 De restanten van de lunetten ten westen van de bebouwing van Beverwijk. Het waren kleine zelfstandige vijfhoekige verdedigingswerken bestaande uit aarden wallen en een omgrachting. Zij zijn in het jaar 1800 in opdracht van Krayenhoff (directeur van de Hollandse fortificaties) door ingenieur Claude Gillet ontworpen.

-

Ten westen van de bebouwing van Beverwijk liggen enkele groene bulten in het landschap. Het zijn resten van lunetten, kleine zelfstandige vijfhoekige verdedigingswerken bestaande uit aarden wallen en een omgrachting. Samen vormden zij een permanente verdedigingslinie die in het jaar 1800 in opdracht van Krayenhoff (directeur van de Hollandse fortificaties) door ingenieur Claude Gillet werd ontworpen.

De linie bestond uit een dubbele rij lunetten met droge grachten die gericht waren tegen een aanval vanuit het noorden. In totaal lager er 26 verdedigingswerken tussen Wijk aan Zee en de Broekpolder. Zij bestreken het hoge en droge duingebied, de binnenduinrand en het strandwallandschap tussen de zee aan de westzijde en het te inunderen polderlandschap en het Wijkermeer aan de oostzijde. Na afronding van de aanleg werd op één van de lunetten een obelisk geplaatst met de tekst: ‘Si vis Pacem, Para Bellum’ (Als je vrede wil, moet je voorbereid zijn op de oorlog).

Slechts van een beperkt aantal lunetten bleven bovengrondse resten bewaard. Hoewel al snel door verwaarlozing vervallen, werden de lunetten nog op de topografische en militaire kaart van 1876/1906 gecamoufleerd weergegeven. Dat betekent dat ze toen nog steeds onderdeel uitmaakten van het geheime militaire landschap en daarom weggelaten werden op de kaart, waarbij men op die plekken fantasieverkavelingen intekende. Zelfs tijdens de Tweede Wereldoorlog hebben de lunetten, hoewel toen militair reeds hopeloos verouderd, nog een rol gespeeld door het aanbrengen van voorzieningen ten behoeve van luchtdoelgeschut.

Enkele lunetten zijn tot bouwkundig rijksmonument verklaard, maar daarnaast bleven meer resten bewaard. Deze resten waren echter niet direct zichtbaar en bleven buiten de bescherming. Later zijn ze alsnog opgespoord door historisch cartografische gegevens te projecteren op een moderne kaart, waarbij kon worden geconstateerd, dat er in de omgeving van Wijk aan Zee nog bovengrondse resten van lunetten lagen, die voordien onbekend waren. Door de dichte begroeiing in een groenstrook waren zij over het hoofd gezien. Bij veldcontrole kon worden geconstateerd, dat hier bodemreliëf met een hoogte van 2 tot 2,5 meter boven het maaiveld bewaard was gebleven.

Ondergronds kunnen nog veel waardevolle archeologische sporen aanwezig zijn. De meeste lunetten zijn in de loop der tijd verdwenen onder het bedrijvencomplex van Tata Steel (Hoogovens) en de bebouwing van woonwijken. Toch is bij diverse archeologische waarnemingen in de loop der jaren gebleken, dat ook hier nog de nodige resten in de ondergrond aanwezig zijn. Zo zijn er funderingen gezien onder de verdwenen lunetten één en 15, terwijl bij lunet drie een grachtvulling en bij lunet vijf mogelijk een magazijn werden gevonden.

De lunetten hebben nooit een rol gespeeld in een militaire strijd, maar welke oorlog wilde men met de aanleg ervan alsnog winnen? Om dit te weten, moeten we een jaar verder teruggaan in de tijd. Nederland was toen bezet door de Fransen en de naar Engeland gevluchte stadhouder, Willem V, wist de Engelsen zover te krijgen om een aanval te doen in Noord-Holland, waarna Amsterdam en vervolgens heel Nederland bevrijd zou worden.

De verwachting was dat dan de bevolking zeker in opstand zou komen tegen de Fransen. De Russen zouden als bondgenoten aan de zijde van de Engelsen meestrijden. De Engelsen begonnen op 27 augustus 1799 met het uitvoeren van een landing op het strand nabij Callantsoog, zij veroverden Den Helder en daar sloten de Russen zich bij hen aan. De bevolking kwam echter niet in opstand tegen de Fransen en het Nederlands-Franse leger stelde zich goed teweer. De verschillende veldslagen die hieruit voortkwamen, werden op verschillende plaatsen (zoals Bergen) in Kennemerland gevoerd en leidden tot de bloedigste militaire strijd die ooit op Nederlands grondgebied werd uitgevochten, maar die nu nauwelijks meer bekend is. Het is de ‘vergeten oorlog’.

 Een deel van de Russische soldaten, gesneuveld in de Slag bij Bergen in 1799, kreeg een massagraf op een plek die nu gelegen is in een rustige groene woonwijk in Bergen, onder een kleine hoogte waarop dit Russisch-orthodox kruis staat. 

Direct na de inval werden door de verdedigers tussen Wijk aan Zee en Monnickendam twee geïmproviseerde linies aangelegd waarmee de volle breedte van Noord-Holland werd doorsneden. Dankzij inundaties was het grootste deel van deze linie goed door de Nederlanders en Fransen te verdedigen; de aanval van de Engelsen en Russen richtte zich daarom op de droge westelijke terreinen van het duingebied en de binnenduinrand. Hier liep de geïmproviseerde linie van haastig opgeworpen versterkingen, vanaf Wijk aan Zee via Castricum naar Uitgeest.

De veldslag die op 6 oktober 1799 in Castricum plaatsvond, vormde het keerpunt in de strijd en leidde tot de terugtocht van de invallers. Na hun vertrek werd bij Beverwijk de linie van lunetten aangelegd om de daar aanwezige engte tussen Noordzee en IJ af te kunnen sluiten in geval van nieuwe aanvallen vanuit het noorden.

Van de voorafgaande geïmproviseerde versterkingen uit 1799 is bovengronds niets bewaard gebleven. Of er nog ondergrondse resten zijn is niet bekend, want er is nog geen archeologisch onderzoek naar gedaan. In het landschap van de kuststrook liggen nog steeds materiële getuigen van de strijd in de bodem. Van gesneuvelde militairen die na de gevechten ter plekke waren begraven, worden af en toe stoffelijke resten aangetroffen. Identificatie tot op regimentsniveau blijkt vaak mogelijk dankzij de begeleidende uniformknopen en andere kenmerken. Zo zijn in de duinen bij Castricum de resten van een Russische grenadier gevonden, met zijn patroontas en de knopen van zijn kleding. Een deel van de Russische soldaten kreeg een massagraf op een plek die nu gelegen is in een rustige groene woonwijk in Bergen, onder een kleine hoogte waarop een Russisch-orthodox kruis staat. Het is plaatselijk bekend onder naam Russenmonument .

Op 8 maart 2018 werd in de buurt van de skibaan in Bergen het complete skelet van een Russische soldaat gevonden door amateurarcheologen met een metaaldetector. Archeologen van de firma Hollandia Archeologen groeven het skelet van de soldaat op, die moet zijn gesneuveld bij de Slag om Bergen op 19 september 1799. Opmerkelijk was dat er, naast knopen ook nog delen leren veters en stukken uniform bewaard waren gebleven.