Foto: Léon Klein Schiphorst
De Hoge Toren
In de Tweede Wereldoorlog stond vanaf 1942 een houten toren van wel tachtig meter hoog op het ruim dertig meter hoge duin dat nu De Hoge Toren heet. Een gevaarte met een elektronisch detectiesysteem, een voorloper van de radar. Het fundament van de toren, een gietbetonnen platform, houdt samen met de naam van de top de herinnering aan de oorlog levend.
Verder zijn bijna alle bunkers uit het duingebied verwijderd of afgedekt met zand. Soms wijst alleen de afwijkende begroeiing op een oorlogsrest, bijvoorbeeld de aangeplante wilgjes bovenop duintopjes aan de zuidzijde van de Staringweg.
Het landschap direct rond De Hoge Toren valt in twee helften uiteen: een open en natuurlijk duinlandschap tegenover voormalige landbouwgronden met bos. Aan de oostzijde van De Hoge Toren woelde de mens: het is in het recente verleden vergraven, afgezand of opgehoogd voor landbouw of bosaanleg, voor bunkerbouw of waterwinning. In het westen ligt een op het oog ongeschonden zeeduin met helm en enige duindoorn. De kalkminnende dauwbraam geeft hier in het najaar een paarsig-rood accent. Dit is de natuurlijke thuishaven voor patrijs en vroeger ook de wulp.
De kalkgrens van Kennemerland doet zich gelden: hier zijn de noordelijkste groeiplaatsen van kalkminnende soorten als donderkruid en wild kattenkruid. Sinds 2007 lopen in het open duingebied het hele jaar door Exmoor pony’s en Schotse hooglanders om vergrassing en bos terug te dringen. Het landschap is weer opener met meer mos in plaats van gras en met zandige plekken. De warmteminnende bokkenorchis heeft hier haar noordelijkste vindplaats in ons land. Tapuiten zijn er te vinden. De naam Vogelwater voor het gebied ten zuidoosten van De Hoge Toren maakt duidelijk hoe vochtig het hier vroeger was.
Ten noordwesten van De Hoge Toren liggen de vochtige duinvalleien van de Kil en het Reggers Sandervlak, verder is het duin hier door achtereenvolgens landbouw, bebossing en waterwinning minder drassig geworden.
Bron: duinenenmensen.nl